Provincie moet meer doen voor veiliger openbaar vervoer
Provincie moet meer doen voor veiliger openbaar vervoer
De SP vindt dat het provinciebestuur van VVD, PvdA, CDA en GroenLinks zich nu eindelijk eens meer moet gaan inzetten om de sociale veiligheid in het openbaar vervoer te verbeteren. Wij hebben in deze statenperiode herhaaldelijk aandacht gevraagd voor de veiligheid in het openbaar vervoer in Noord-Holland. Wij hebben Gedeputeerde Staten voorstellen gedaan om de veiligheid voor werknemers en reizigers in het streekvervoer te vergroten. De reactie van het college van VVD, PvdA, CDA en GroenLinks was steeds teleurstellend.
Het college bleek niet bereid een aantal factoren aan te pakken die van (negatieve) invloed zijn op de veiligheid in het streekvervoer, zoals:
- de manier waarop de provincie Noord-Holland de openbaar vervoerconcessies aanbesteedt;
- de onderaanbesteding binnen concessies, die het college nadrukkelijk mogelijk maakt;
- het functioneren van de ov-chipkaart, die reizigersonvriendelijk is en ook allerlei vormen van discussie en agressie veroorzaakt;
Gelukkig is de rijksoverheid beter doordrongen van de noodzaak de veiligheid in het openbaar vervoer te verbeteren. Daartoe is onder andere een taskforce veiliger openbaar vervoer ingesteld. Eind januari 2011 slaan de vakbonden echter alarm over de opstelling en (het gebrek aan) medewerking door provinciebesturen en stadsregio’s aan het verbeteren van de veiligheid in het openbaar vervoer. In de bijlage bij deze schriftelijke vragen vindt u de persberichten van FNV Bondgenoten en CNV Vakmensen.
Volgens FNV Bondgenoten:
- blijken de provincies tekort te schieten op de belangrijkste punten voor wat betreft de verbetering van de sociale veiligheid;
- sturen de opdrachtgevers voor het openbaar vervoer – de provinciale overheden en stadsregio’s – kennelijk alleen op geld en heeft de veiligheid van chauffeurs en burgers in het openbaar vervoer nog niet de prioriteit die het zou moeten hebben;
- houden de provinciale overheden en de stadsregio’s zich niet aan de belangrijkste afspraken, op het gebied van onder andere een minimumniveau voor veiligheid en het investeren in toezichthouders.
Volgens CNV Vakmensen:
- moeten de provincies nu wel de verantwoordelijkheid nemen;
- kunnen de provincies met de verkiezingen op komst laten zien dat de sociale veiligheid van hun inwoners een belangrijk punt voor hen is;
- moet iedereen veilig zijn werk kunnen doen, zeker ook de buschauffeurs en controleurs in het openbaar vervoer.
De SP is teleurgesteld in de vorderingen die de provincie maakt om de veiligheid in het openbaar vervoer te verbeteren, maar is blij dat wij nu door de vakbonden bevestigd worden in ons standpunt dat Gedeputeerde Staten tekort schieten. Dit verbaast ons overigens niet, want de SP heeft zeer regelmatig contact met werknemers in het openbaar vervoer – wij hebben ook veel leden die werkzaam zijn als trambestuurder, buschauffeur en controleur – en praat dus niet alleen met managers en directeuren over de “papieren werkelijkheid” in het openbaar vervoer.
Wij hebben het college de volgende vragen gesteld:
1. Sinds wanneer hebben Gedeputeerde Staten kennis genomen van de persberichten van FNV Bondgenoten en CNV Vakmensen?
2. Wat hebben Gedeputeerde Staten gedaan naar aanleiding van de inhoud van deze persberichten?
3. Als u nog niets gedaan heeft, waarom niet?
4. Wat is de inhoudelijke reactie van Gedeputeerde Staten op de constateringen van FNV en CNV met betrekking tot het gebrek aan medewerking door provinciebesturen om de veiligheid in het openbaar vervoer te verbeteren?
5. Wat gaan Gedeputeerde Staten doen om de veiligheid in het openbaar vervoer in Noord-Holland te verbeteren?
6. Op welke termijn kunnen wij van Gedeputeerde Staten concrete maatregelen verwachten?
7. Zijn Gedeputeerde Staten nu wel bereid om de mogelijkheid van onderaanbesteding binnen openbaar vervoerconcessies te stoppen? Zo nee, waarom niet?
8. Zijn Gedeputeerde Staten nu wel bereid om meer prioriteit te geven aan de veiligheid in het openbaar vervoer bij het aanbesteden van concessiegebieden? Zo nee, waarom niet?
9. Zijn Gedeputeerde Staten nu wel bereid om het functioneren van de ov-chipkaart in Noord-Holland te verbeteren en de verdere invoering van de ov-chipkaart in Noord-Holland stop te zetten? Zo nee, waarom niet?
10. Wat hebben Gedeputeerde Staten van Noord-Holland gedaan (dan wel nagelaten) om de zestien actiepunten van de taskforce veiliger openbaar vervoer (niet) uit te voeren? Wij verzoeken u uw inspanningen per actiepunt op een gedetailleerde wijze inzichtelijk te maken.
11. Hoeveel extra toezichthouders (fte’s) zijn er in de vier Noord-Hollandse concessiegebieden bijgekomen naar aanleiding van de actiepunten van de taskforce?
12. Hoeveel extra toezichthouders (fte’s) zullen er op korte termijn nog bijkomen in de vier Noord-Hollandse concessiegebieden? Graag toelichten.