h

Provincie kan windpark nog tegenhouden

11 juli 2015

Provincie kan windpark nog tegenhouden

Provinciale staten hebben nog alle vrijheid om het windpark Westfrisia tegen te houden. Dit windpark zou moeten komen in Zwaagdijk-Oost ten noordoosten van Hoorn. Afstand tot woningen zou 400 á 500 meter worden. In maart van dit jaar besloten provinciale staten dat nieuwe windmolens minstens 600 meter van woningen moeten staan. Maar volgens een zogenaamde overgangsregeling geldt dit alleen niet voor Westfrisia. SP-statenlid Marnix Bruggeman stelde daarom schriftelijke vragen. Inmiddels zijn de antwoorden van gedeputeerde staten binnen.

Daaruit concludeert hij dat provinciale staten nu allerminst verplicht zijn vergunning te verlenen voor Westfrisia, ondanks de "overgangsregeling".

De SP is een groot voorstander van windenergie. Maar windmolens moeten niet komen op plaatsen waar mensen er last van hebben of waar ze het open landschap verstoren. Omwonenden in Zwaagdijk-Oost vrezen het windmolenplan Westfrisia. De molens komen namelijk veel dichter dan 600 meter bij hun huizen. Uit de antwoorden van gedeputeerde staten blijkt dat Westfrisia waarschijnlijk het enige nieuwe windproject is waarvoor de 600-meter grens niet geldt. Toch blijkt de komst van Westfrisia geen uitgemaakte zaak. Volgens de antwoorden mogen provinciale staten het plan namelijk ook beoordelen op "een goede ruimtelijke ordening". "Dat oordeel mag dus ook negatief uitvallen", aldus Bruggeman. "Op 16 maart was er een politiek debat van de Stichting Windmolenklachten in Middenmeer. Statenleden van verschillende partijen hebben daar gezegd zich te willen inzetten om Windpark Westfrisia tegen te houden. Daar kunnen we ze nu aan gaan houden."

Uit de antwoorden blijkt ook dat het provinciale staten vrij staat een alternatieve locatie aan te wijzen, wanneer zij vinden dat het geplande windpark in Zwaagdijk-Oost niet voldoet aan de vereisten voor "een goede ruimtelijke ordening". Aan de ontwikkelaar van het windpark zijn volgens gedeputeerde staten nooit toezeggingen gedaan.

De regels voor windmolens in Noord-Holland vormen zo langzamerhand een oerwoud waar weinig mensen nog de weg in weten. Bruggeman: "Dat komt ook omdat de provincie de bouw van windmolens aan de markt wilde overlaten. Daardoor was er eerst te weinig sturing door de overheid. En zo is er op het laatste moment ook weer die zogenaamde overgangsregeling ingefietst." Volgens gedeputeerde staten is dit gebeurd na een juridisch advies van advocatenkantoor Pels Rijcken uit november 2012 over de mogelijkheid van schadeclaims. Dit advies ging echter alleen over vier andere windmolenplannen, in Amsterdam, Haarlemmermeer en Hollands Kroon. Het advocatenkantoor achtte de risico's van schadeclaims bovendien beperkt. Gedeputeerde staten zeggen nu dat niemand toen heeft gedacht aan Windpark Westfrisia en dat zij er daarom ook niets over hebben verteld. Bruggeman concludeert: "Ik kan niet anders zeggen dan dat gedeputeerde staten heel serieus op mijn vragen zijn ingegaan. Dat ze daar tweeënhalve maand over hebben gedaan, begrijp ik daarom goed. Ze dreigen ook niet met schadeclaims wanneer provinciale staten Windpark Westfrisia alsnog afwijzen. Er zijn genoeg argumenten om te zeggen dat molens in Zwaagdijk-Oost geen "goede ruimtelijke ordening" opleveren. Zeker als de ontwikkelaars van Westfrisia een alternatieve locatie aangeboden krijgen, bijvoorbeeld in het Westelijk Havengebied van Amsterdam. Dan zou het allemaal dus nog wel eens heel goed kunnen aflopen voor de omwonenden in Zwaagdijk-Oost. Al zullen de bewoners nog wel de nodige gesprekken met de statenfracties moeten gaan voeren. Maar met de antwoorden die er nu liggen, hebben ze goede troeven in de hand."

Foto: Marnix Bruggeman / Marnix Bruggeman

U bent hier