h

Zorgvuldig omgaan met belangen van omwonenden bij omleggen N201

14 december 2010

Zorgvuldig omgaan met belangen van omwonenden bij omleggen N201

De provincie Noord-Holland is al jaren bezig met het aanleggen van een extra weg langs Uithoorn en Aalsmeer, ook wel omlegging of project N201+ genoemd. Naast de schade die de nieuwe weg veroorzaakt voor het milieu en de natuur leidt de nieuwe weg ook tot overlast en schade voor omwonenden. Burgers krijgen te maken met herrie, stank en een aantasting van hun eigendommen. De aanleg van de weg leidt er toe dat sommige woningen zelfs gesloopt zijn.

Vanzelfsprekend moeten burgers van de overheid – dus ook van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland – kunnen verwachten dat zij zorgvuldig omgaat met hun belangen. Om betrokkenen tegemoet te komen in het nadeel dat de nieuwe N201 veroorzaakt, hebben Gedeputeerde Staten de zogeheten aankoopregeling ingesteld. Op grond van de aankoopregeling kunnen bepaalde eigenaren van woningen direct langs het tracé van de nieuwe N201 hun woning te koop aanbieden aan de provincie.

De SP heeft de volgende schriftelijke vragen aan Gedeputeerde Staten gesteld over de aankoopregeling.

1. Op welke datum is de aankoopregeling vastgesteld en op welke datum is de aankoopregeling in werking getreden?

2.a. Is de aankoopregeling na vaststelling een of meerdere keren gewijzigd?
2.b. Zo ja, op welke data en wat zijn de (inhoudelijke of procedurele) wijzigingen?

3. Wat is de exacte inhoud van de aankoopregeling? Kunnen Gedeputeerde Staten van Noord-Holland per omgaande een exemplaar van de aankoopregeling aan Provinciale Staten verstrekken.

4.a. Is aan alle burgers die bij de provincie hun belangstelling hebben getoond voor de eventuele aankoop van hun woning altijd een exemplaar van de aankoopregeling verstrekt?
4.b. Zo nee, waarom niet?

5. Wat is de vastgestelde manier om tot een waardebepaling van de desbetreffende woningen te komen?

6.a. Is de provincie Noord-Holland in een of meerdere gevallen afgeweken van deze vastgestelde werkwijze?
6.b. Zo ja, in hoeveel gevallen en wat zijn daar de redenen van?

7. Kunnen Gedeputeerde Staten inhoudelijk aangeven hoe de (inhoud van de) aankoopregeling zich verhoudt tot wetten en regels die gelden voor planschade, waarop inwoners van Nederland zich kunnen beroepen?

8.a. Zijn de inwoners van de gemeenten waar de omgelegde N201 doorheen of langs leidt door de provincie geïnformeerd over de relatie tussen de aankoopregeling en (eventuele) planschade?
8.b. Zo ja, op welke manier(en) en op welke datum/data is die informatie door de provincie verstrekt?
8.c. Zo nee, waarom is dat niet gebeurd?

9.a. Zijn de om- en aanwonenden van de nieuwe N201, die bij de provincie hun belangstelling hebben getoond voor de eventuele aankoop van hun woning, door de provincie geïnformeerd over de relatie tussen de aankoopregeling en (eventuele) planschade?
9.b. Zo ja, op welke manier(en) en op welke datum/data is die informatie door de provincie verstrekt?
9.c. Zo nee, waarom is dat niet gebeurd?

10. Met hoeveel eigenaren van woningen, die in aanmerking komen voor de aankoopregeling, is de provincie tot een koopovereenkomst gekomen?

11.a. Met hoeveel van de eigenaren van woningen die bij de provincie belangstelling hebben getoond voor de aankoopregeling en die in aanmerking komen voor de aankoopregeling, is de provincie niet tot een koopovereenkomst gekomen?
11.b. Wat zijn hier de redenen van?

12. Het aankopen van onroerend goed langs de nieuwe N201 kost geld. Uit welk budget (begrotingspost, -nummer e.d.) zijn de uitgaven van de provincie in het kader van de aankoopregeling betaald?

13.a. Hoeveel geld is door de provincie uitgetrokken voor uitgaven in het kader van de aankoopregeling?
13.b. Waarop is die inschatting gebaseerd geweest?

14. Hoeveel geld is tot en met vandaag uitgegeven door de provincie in het kader van de aankoopregeling?

15. Hoeveel geld zal naar verwachting vanaf morgen nog uitgegeven worden door de provincie in het kader van de aankoopregeling? Graag inhoudelijk motiveren.

U bent hier