Noord-Holland

Na het verschijnen van berichten in de pers begin april over mogelijke ambtelijke corruptie van ex-gedeputeerde Hooijmaijers (VVD) heeft de SP-statenfractie in schriftelijke vragen aan gedeputeerde staten (GS) verzocht om het stilleggen van alle procedures waarbij Hooijmaijers betrokken is geweest en waarbij bestuurlijke toezeggingen in het verleden een rol spelen.

GS weigeren in de beantwoording van de SP-vragen om dit verzoek in te willigen. GS motiveren dit besluit door te stellen dat bestemmingsplannen, ontheffingen en bouwaanvragen uitsluitend op planologische gronden worden beoordeeld. Bovendien stellen zij dat er sprake is van staand beleid.

Indien er sprake is van steekpenningen, dan zijn die juist bedoeld om andere dan ruimtelijke argumenten de doorslag te laten geven, namelijk het persoonlijke financiële gewin van de ontvanger. En uitgerekend het verlenen van ontheffingen van het bebouwingsverbod in de buitengebieden druist in tegen het staande beleid. Zeker als de enige motivatie is het feit dat er in het verleden door de ex-gedeputeerde “bestuurlijke toezeggingen” zijn gedaan.

Inmiddels hebben de fractievoorzitters van drie van de vier collegepartijen (PvdA, CDA en GL) in uitlatingen tegenover de pers aangegeven het eens te zijn met de SP-fractie. Er is dus een ruime politieke meerderheid, die voor een moratorium is op alle procedures waarmee ex-gedeputeerde Hooijmaijers in verband kan worden gebracht.

De VVD is er kennelijk in geslaagd om het college van GS ervan te weerhouden om aan de wens van de meerderheid in provinciale staten gehoor te geven. Het door de VVD gedomineerde college van GS bagatelliseert de ernst van de verdenkingen die de recherche en FIOD-ECD tegen de gewezen VVD-gedeputeerde Hooijmaijers hebben. Voor de VVD gaat het partijbelang kennelijk voor het belang van een transparant openbaar bestuur in de provincie Noord-Holland.