h

De schijn van oligarchie

28 mei 2007

De schijn van oligarchie

In een democratie horen overheden te functioneren op basis van legitimatie van de kiezers. De commissaris van de koningin, Harry Borghouts (GroenLinks), schijnt hier anders over te denken. In maart 2007 poneerde hij de nogal regenteske stelling dat een provincie die haar taak goed vervult, het bestaansrecht is voor dit bolwerk, niet het aantal mensen dat gaat stemmen bij provinciale verkiezingen. SP-statenlid Harald Bos heeft het college schriftelijke vragen gesteld over deze kwestie.

De opkomst in 2007 bij de verkiezing van de leden van Provinciale Staten van Noord-Holland was laag: slechts 44,7% van de kiesgerechtigden nam de moeite zijn of haar stem uit te brengen. In 2003 (45,5%) en in 1999 (41,5%) was de opkomst overigens niet veel beter respectievelijk slechter. Kortom, lage opkomstpercentages, waaruit blijkt dat de provincie als bestuursvorm niet leeft onder de bevolking van Noord-Holland. De Noord-Hollander voelt zich er niet bij betrokken. De opmerking van Borghouts is om nog een andere reden vreemd. Tussen 2003 en 2007 heeft de provincie zo'n half miljoen uitgegeven voor louter PR, om de provincie "een gezicht" te geven.

Blijkbaar heeft dit niet veel geholpen, zonde van het geld. Bovendien: de commissaris dacht er al het zijne van, want eigenlijk maakte het hem niks uit wat de Noord-Hollander ervan vond: want de provinciebestuurders bestuurden toch goed? De SP vindt dat nogal schandalig eigenlijk en wil weten of de zeven gedeputeerden er hetzelfde over denken als de commissaris.

Een hoge opkomst bij verkiezingen is wel degelijk van belang. Dit geldt zowel voor de overheid als voor de burgers: in welke mate herkennen mensen zich in de overheid, in haar bestuurders en in haar beleid en in welke mate erkennen mensen de overheid als hun bestuur. Bos: "Wie aan deze principes tornt, zet onze democratie op de helling."

U bent hier