Hoewel de meesten van ons verwachtten dat nu eindelijk bestaanszekerheid de inzet van de landelijke verkiezingen zou worden, bleek de opvang van asielzoekers uiteindelijk de hele campagne te overschaduwen. De lelijkste argumenten vlogen over tafel. Asielzoekers werden in de loop van de tijd ontmenselijkt. Dat maakte het voor een fiks aantal mensen eenvoudiger om die lelijke dingen te zeggen of te schrijven. Vervolgens werd een valse tegenstelling gecreëerd. Het waren namelijk de asielzoekers die ervoor gezorgd hebben dat er in Nederland woningnood heerst. Vond men. Of de feiten nu anders aantoonden maakte niets meer uit.
Dat die woningnood jaren geleden “op de rails is gezet”, namelijk door van huisvesting een verdienmodel te maken, werd natuurlijk niet verteld, want dan zouden mensen niet meer op de veroorzakende politieke partijen stemmen. Het was de VVD, gesteund door CDA en andere die destijds bedacht had dat het een goed idee was woningcorporaties subsidies om te kunnen bouwen af te nemen, om woningcorporaties de zogeheten verhuurdersheffing (omdat er al jarenlang subsidie was verstrekt en ze nu maar eens moesten terugbetalen) op te leggen, om woningcorporaties te verplichten om hun sociale huurwoningen te verkopen, om in Brussel te pleiten het inkomen voor een sociale huurwoning op 36.000 euro per jaar vast te stellen, kortom om de volkshuisvesting om te vormen tot woningmarkt. Huizen waren er voortaan om vermogen mee op te bouwen. En ja, degenen die dat niet konden, nou ja, dat was dan maar zo. Mensen die aangewezen zijn op een sociale huurwoning werden nog net niet voor loser uitgemaakt, maar als het niet lukte om mee te doen werd dat wel “een keuze” genoemd.
Natuurlijk had de VVD aangevoeld dat het inmiddels voor steeds meer mensen duidelijk was geworden dat het hun liberale beleid was geweest wat de woningnood had veroorzaakt. Het kwam dus best wel goed uit dat asielzoekers en statushouders de interessante zondebok werden.
De vraag is dan of dit verstandig is geweest, want vreemdelinghatende partijen (u kent ze wel) doken hier onmiddellijk op en harkten de verkiezingswinst binnen. De opvang van asielzoekers werd hoog op de agenda gezet. Demissionair staatssecretaris had er een hele klus aan.
Het was de vorige Tweede Kamer die de Spreidingswet had aangenomen, de nieuwverkozen Tweede Kamer zou dat nooit hebben gedaan. De pogingen om de Eerste Kamer te laten stemmen zoals de nieuwe Tweede Kamer wenste maakten het nog spannend, maar de Eerste Kamer was op 23 januari jl. zo verstandig om deze wet aan te nemen. Dat slechts een deel van de gemeenten inzag dat de opvang van asielzoekers een opdracht is voor heel Nederland, maakte deze wet noodzakelijk. Die (vaak rijkere) gemeenten waren creatiever in het verzinnen van argumenten om niet op te vangen dan om dat wel te doen.
Nu de wet is aangenomen komt het op de uitvoering aan. En dat zal ook weer de nodige problemen geven. De weigergemeenten zullen nog steeds vinden dat ze niet hoeven mee te werken. Daarom heeft Commissaris van de Koning Arthur van Dijk vanaf nu de schone taak om er in de provincie Noord-Holland voor te zorgen dat de benodigde 16.000 opvangplekken ook daadwerkelijk dit jaar gevonden worden. Het is dan wel afwachten of hij de steun krijgt van zijn eigen VVD in Provinciale Staten en in de gemeenten. Er zullen heel wat hielen uit het zand gehaald moeten worden.